Patrokles hoorde Achilles' stem niet eens over zijn eigen gebabbel heen, dus pas toen Achilles zijn stem nogmaals verhief, stopte hij met praten. Hij zette zijn mand met lakens neer en kwam ondertussen op adem na al dat geklaag. 'Het hele goede is over,' beloofde Patrokles uiteindelijk, waarna hij naar Achilles liep en een verontschuldigende kus op zijn wang drukte. Toen hij zag dat er enkele mannen hun kant op kwamen, nam hij weer afstand van hem en pakte hij de mand met lakens op. 'Ik breng zo de lakens naar de ziekentent toe en dan kom ik naar onze tent toe, oké? Dan kunnen we samen alles opruimen en zal ik alvast wat spullen gaan verhuizen.' Hij keek zijn vriend vervolgens liefdevol aan en stootte hem met zijn elleboog in zijn zij. 'Ondanks dat ik soms wat klaag, houd ik wel van je. En ook van dat ego van je.'